Collega verpleegkundige Wilma Koops schrijft elke twee weken een blog.
Ik maak een praatje met de 77-jarig mevrouw Nijland. Ze vertelt me dat ze een heftige tijd achter de rug heeft. Een jaar geleden is alvleesklierkanker ontdekt met doorgroei in de bloedvaten. “Dat bericht zag ik totaal niet aankomen. Ik sta altijd positief in het leven en dan verwacht je dit gewoon niet,” zo vertelt ze. Een jaar van chemotherapie volgde, waarbij ze steeds na elke kuur behoorlijk ziek is geweest. Alle bijwerkingen die je kon krijgen heeft ze gehad. Van haaruitval tot neuropathie in de benen, van pijnlijke handen tot aan diarree: echt alles leek tegen te zitten.
Toch heeft ze geprobeerd te genieten van deze reservetijd. Haar 77-jarige verjaardag heeft ze afgelopen zaterdag nog gevierd met haar drie zonen, schoondochters en kleinkinderen. Ook Moederdag, een dag later, was goed. Lekker genieten van alle aandacht en het ‘ziek-zijn’ even parkeren naar de achtergrond.
Totdat maandagochtend vroeg het overgeven van bloed begon. “Ik heb in deze angstige situatie gelukkig iemand kunnen bellen die bij me kwam en de ambulance belde. Alle verjaardagsafwas stond er nog, ik heb het niet eens netjes achter kunnen laten”. Met een lage bloeddruk en bloedgehalte werd ze naar MST gebracht. Rode bloedcellen (Packed Cells) brachten haar bloeddruk en bloedgehalte weer op peil.
Eigenlijk zou er met een maag- en/of darmonderzoek gekeken moeten worden naar de oorzaak van de bloeding, maar mevrouw ziet af van verdere behandeling. Hoogstwaarschijnlijk is het de tumor die aan het bloeden is en nog meer vervelende onderzoeken ziet ze niet zitten. Dapper besluit ze dat het genoeg is geweest. Over het naderende einde heeft mevrouw al eerder nagedacht: met een euthanasieverklaring wenst ze zelf het moment te bepalen wanneer al het leed geleden is.
Met de inschatting dat haar levenstermijn minder dan drie maanden is, komt ze in aanmerking voor een hospice. “Het meest vervelende vind ik dat ik niet meer thuis kom in mijn eigen huisje, het huis waar zoveel mooie herinneringen zijn. Ik heb er jarenlang samen met mijn man gewoond, totdat hij twee jaar geleden overleed. Samen met onze kinderen en kleinkinderen hebben we daar veel mooie momenten gedeeld”.
Ze realiseert zich dat terug naar huis gaan echt geen optie is. De kans op een herhaalde bloeding is groot en om dan alleen te zijn, is een angstig idee. Voordat ze emotioneel lijkt te worden tijdens dit gesprek, herpakt ze zich. “De kinderen hebben een mooi plekje voor me geregeld in een hospice in Geesteren. Ik moest even aan het idee wennen, maar dat spreekt me nu toch wel aan”. Ik zie een flyer met sfeervolle foto’s erop van een ruime kamer met mooie kunst aan de muur en een ruim opgezet terrasje buiten. “Zie je de openslaande deuren? Het lijkt me heerlijk om daar nog buiten te kunnen zitten. De goede tijd van het jaar komt er aan, misschien kan ik nog wel een beetje gaan genieten van de zon”. Haar ogen krijgen meer glans en ze lijkt haar lot te accepteren. Niet veel later komt de zorgambulance haar ophalen om mevrouw naar haar laatste adres te brengen.