Wie staan er rond de operatietafel?
Het team bij een openhartoperatie bestaat uit 7 tot 9 personen.
1. Thoraxchirurg.
De chirurg opereert de hartpatiënt.
2. Een arts-assistent of een operatie-assistent
De assistent moet ervoor zorgen dat de thoraxchirurg ongestoord zijn werk kan doen. Deze assistent houdt bijvoorbeeld, met behulp van klemmen, de wond open. Hij helpt de chirurg met het hechten en assisteert bij het vasthouden van instrumenten of apparatuur. Bij sommige operaties haalt de operatie-assistent een ader uit het been, bedoeld voor een bypass die op het hart moet worden gemaakt. Dan is de chirurg boven in de borstholte bezig en de arts-assistent of operatie-assistent aan de onderkant, aan de benen.
3. Een instrumenterend operatie-assistent.
De assistent voorziet de chirurg van instrumenten en zorgt ervoor dat op het juiste moment de juiste instrumenten worden aangereikt. Het kan ook gaan om hechtmateriaal of protheses. De instrumenterend operatie-assistent moet anticiperen op de voortgang van de operatie.
4. Een cardio-anesthesist.
De anesthesist dient bij de patiënt de narcose toe en zorgt dat de beademings- en bewakingsapparatuur wordt aangesloten. De cardio-anesthesist bewaakt de patiënt en is ook na afloop van de operatie verantwoordelijk voor de patiënt als deze op de intensive care ligt.
5. Een anesthesie-assistent.
De anesthesie-assistent houdt samen met de cardio-anesthesist de bewakings- en beademingsapparatuur in de gaten.
6. De klinisch perfusionist.
De klinisch perfusionist is een deskundige op het gebied van de extracorporale circulatie. Extracorporale circulatie betekent letterlijk buiten lichamelijke bloedsomloop en perfusie betekent letterlijk toevoer van bloed naar levend weefsel. De hart-longmachine verzorgt een kunstmatige bloedsomloop, waarbij het bloed ook van zuurstof wordt voorzien. Om de bloedcirculatie en longfunctie op verantwoorde wijze met behulp van de hart-longmachine over te kunnen nemen is hoog opgeleid personeel nodig. Deze deskundigen met kennis van de medische technologie heten klinisch perfusionisten.
7. De omlopen.
1 tot 2 personen, meestal operatie-assistenten die hand- en spandiensten verrichten. Zij dragen geen steriele kleding. Alleen de 3 leden van het team die aan de tafel staan, dragen steriele kleding. De omlopen zorgen ervoor dat alles klaar ligt voor de ingreep. Verder geven zij alles aan wat niet standaard op de tafels ligt. Dan kan het gaan om een extra hartklep, een speciale prothese, of specifiek hechtmateriaal of instrumentarium. Deze dingen worden hen via een steriele doorgeefkast aangereikt.