Collega verpleegkundige Wilma Koops schrijft elke 14 dagen een blog.
Ik heb nachtdienst en het is zo tegen vieren, het standaard dip-momentje. Altijd lastig om niet in slaap te vallen wanneer we even tijd hebben om te gaan zitten, maar…
Ineens zit ik midden in een spannend verhaal. Rechercheur de Cock, met CeeOoCeeKaa, gooit zijn hoedje op de kapstok en gaat er rustig bij zitten. De scène speelt zich af ergens in het centrum van Enschede. De plaats delict wordt door FBI agent Mulder uitgekamd en drie kogels worden gevonden. Het X-Files verhaal krijgt vorm: er is drie keer geschoten door de verdachte. Een keer volledig mis, de tweede keer ging rakelings over het hoofd en kogel nummer drie bevat bloedsporen als bewijsmateriaal.
Op de Emergency Room treffen we het slachtoffer aan: meneer van Houdt. Hij vertelt zijn verhaal: “Van een van de kogels voelde ik een windvlaag door mijn haren, een misser dus. De kogel erna was wel raak, die trof mijn bovenarm. Aan de achterkant ging de kogel in mijn arm om deze 10 cm lager aan de voorkant weer te verlaten. Ik heb wat bloed verloren. Ik ben hard weggerend en gelukkig werd ik niet achtervolgd. Morgen willen ze mijn arm opereren. Het bot is verbrijzeld, maar ze gaan proberen te redden wat er te redden valt.”
Met politiebewaking komt meneer Van Houdt binnen op de Acute Opname Afdeling. Stel dat de verdachte weet dat hij hier ligt en nogmaals langskomt, dan is de patiënt zijn leven niet zeker. Agent Mulder neemt tijd voor een kop koffie. Niet veel later wordt zijn plek ingeruild door een knappe maar onbekende man van de recherche. Hij geeft me een hand en stelt zich netjes voor als rechercheur Floris Wolfs. Normaal gesproken werkt hij in Maastricht, vertelt hij, maar deze keer moest hij invallen voor een zieke collega. Goh, vind ik totaal niet vervelend! Met toestemming om naar binnen te mogen, gaat hij met een notitieboekje en een pen de patiëntenkamer binnen om de getuige te ondervragen. Liplezen is niet mijn sterkste kant, maar het lijkt te gaan om een signalement van de verdachte. Zou het in het echte leven ook om afpersing gaan zoals in alle politieseries?
Piep – piep – piep, mijn pieper gaat en ik schrik op uit mijn powernapje. Ik lach als ik terugdenk aan wat ik net droomde: het Amerikaanse CSI in Enschede. Zoveel hectiek in het nuchtere oosten. Maar wacht eens: zie ik daar nu een agent in zijn zwart-gele uniform op de afdeling lopen met een collega van de recherche naast hem?