Complicaties
Zoals bij iedere operatie, kunnen ook bij het plaatsen van trommelvliesbuisjes complicaties optreden. Gelukkig komen deze niet vaak voor en kunnen ze meestal verholpen of behandeld worden. De mogelijke complicaties moeten altijd worden afgewogen tegen de gevolgen van het niet behandelen.
Mogelijke complicaties zijn:
- nabloeding. Na de ingreep kan er een spoortje bloed uit het oor lopen, zeker als het oor erg ontstoken is. Neemt u contact met ons op als er vers (helderrood) bloed uit het oor blijft druppelen;
- infectie / koorts. Als reactie op de operatie kan een lichte temperatuurverhoging ontstaan. Heeft uw kind meer dan 38,5º C koorts, ondanks het gebruik van paracetamol, neemt u dan contact met ons op;
- ‘loopoor’ (pus of bloederige afscheiding uit het oor). Het is niet ongebruikelijk dat er bij patiënten met een trommelvliesbuisje een loopoor ontstaat. Doe bij een loopoor geen watje of gaasje in het oor. Dit belemmert een goede beluchting van de gehoorgang en kan de genezing van het middenoor vertragen. Meestal geneest een loopoor spontaan binnen enkele dagen tot een week. Is het oor na vier dagen nog niet droog, dan kunnen oordruppels en/of antibiotica worden voorgeschreven.
- gehoorverlies. Het directe risico van het plaatsen van een trommelvliesbuisje is gehoorverlies, maar de kans hierop is zeer klein;
- trommelvliesperforatie (gaatje). Over het algemeen groeit het trommelvliesbuisje uit het trommelvlies met het vernieuwen van de huid zonder dat er een gaatje achterblijft. In 2% van de gevallen ontstaat er wel een gaatje in het trommelvlies. Dit moet eventueel op een later moment operatief worden gesloten.
Hoe neemt u contact op met het ziekenhuis?
Tijdens kantooruren kunt u contact opnemen met de polikliniek KNO, telefoon (053) 4 87 22 30.
Buiten kantooruren belt u de afdeling Spoedeisende Hulp, telefoon (053) 4 87 33 33.
Zijn er na de ingreep geen problemen opgetreden, dan heeft u acht weken na de ingreep een controle bij uw behandelend KNO-arts. Deze afspraak wordt vóór de ingreep met u gemaakt.
Wat kunt u thuis verwachten?
Als uw kind geen koorts heeft, mag hij de dag na de operatie weer naar school. Wees voorzichtig met douchen en baden. Bescherm de oren met een bolletje vette watten of oordopjes. Zwemmen wordt de eerste 14 dagen na het plaatsen van een buisje afgeraden, omdat het trommelvliesbuisje tijd nodig heeft om goed vast te gaan zitten. Na twee weken mag worden gezwommen. Wij adviseren u om oordopjes te gebruiken om de kans op oorontstekingen te verminderen en om duizeligheid onder water te voorkomen. Deze kunt u onder andere bij het secretariaat laten maken tegen een kleine vergoeding. Om een oordopje goed in het oor te houden kan het oor afgeplakt worden of kan een neopreenband over de oren gedragen worden. Meer informatie hierover kunt u opvragen bij het secretariaat of vinden op de website: www.earbandit.com