Kniedistractie is een relatief nieuwe behandeling van artrose van de knie. Het kniegewricht wordt gedurende ongeveer zes weken een stukje ‘uit elkaar getrokken’. Het doel is om het kraakbeen te herstellen om zo artroseklachten langdurig te verminderen.
Patiënten met artrose van de knie kunnen in MST behandeld worden door middel van kniedistractie. MST is het enige ziekenhuis in Oost-Nederland dat deze behandeling aanbiedt, in nauwe samenwerking met de ontwikkelaars van UMC Utrecht. De behandeling heeft goede resultaten laten zien in wetenschappelijk onderzoek.
Helaas wordt de behandeling momenteel niet vergoed vanuit de basisvergoeding van de zorgverzekering. Om de waarde van de behandeling aan te tonen wordt er momenteel een zogenaamde gerandomiseerde studie voorbereid (landelijk, gecoördineerd vanuit UMC Utrecht) waarbij mensen loten voor een kniedistractie of knieprothese (hele of halve afhankelijk van de mogelijkheden). MST gaat ook meedoen aan deze studie. Mensen hebben dan dus 50% kans om voor de kniesdistractiebehandeling te loten. Wij houden een lijst bij van geïnteresseerden en zodra de studie goedgekeurd is en begint zullen we die lijst hiervan op de hoogte stellen. Wilt u meer informatie? Neem dan contact op met het secretariaat orthopedie via orthopedie@mst.nl.
Voor wie is kniedistractie?
Om voor een kniedistractiebehandeling in aanmerking te komen, gelden deze voorwaarden:
- U bent jonger dan 65 jaar;
- Er is sprake van ernstige artrose in de knie;
- U heeft een BMI van minder dan 35 en weegt minder dan 110 kg (in verband met maximale draagkracht van het frame);
- Er is geen sprake van reumatoïde artritis (reuma) of andere reumatische aandoeningen;
- U heeft geen actieve bacteriële infectie van de knie of in het verleden een bacteriële infectie gehad;
- U heeft geen gewrichtsprothese in andere delen van het lichaam.
Diagnose
Om u zo goed mogelijk te kunnen behandelen, is een juiste diagnose heel belangrijk. De orthopedisch chirurg gaat hiervoor diep in op uw klachten en welke effecten die hebben op uw leven. Ook is er standaard een lichamelijk onderzoek. Soms is er aanvullend onderzoek nodig, zoals het maken van röntgenfoto’s of een MRI-scan.
Behandeling
Als de diagnose gesteld is, neemt de orthopedisch chirurg de verschillende behandelmogelijkheden met u door. Het kan zijn dat er eerst nog gekozen voor andere behandelingen dan een operatie, zoals bewegingstherapie of injecties. Het doel van de behandeling is om uw knieklachten door de artrose te verminderen en het plaatsen van een kunstknie (totale knieprothese) uit te stellen.
De kniedistractiebehandeling bestaat uit twee operaties. Bij de eerste operatie wordt een frame geplaatst; een distractieframe genoemd. Bij de tweede operatie wordt het frame weer verwijderd.
Eerste operatie
Bij het plaatsen van het distractieframe worden er acht pennen rond de knie ingebracht. Vier komen er in het bovenbeen (femur) en vier in het scheenbeen (tibia). Het frame wordt in de dagen erna iets uitgedraaid, zodat er een halve centimeter ruimte ontstaat tussen het bot van het boven- en onderbeen. In het frame zit een veersysteem dat als schokdemper bedoeld is. Hierdoor kunt u uw been met het frame volledig belasten.
Tweede operatie
Het frame wordt na ongeveer zes weken weer verwijderd.
Na beide operaties ligt u minstens één nacht in het ziekenhuis.
Resultaat van de behandeling
Na het verwijderen van het frame, na ongeveer zes weken, is de knie meestal stijf. Daarom is het belangrijk om na de tweede operatie goed te oefenen met uw fysiotherapeut.
Het verminderen van de klachten en het terugkomen van kraakbeen in de knie gebeurt niet alleen tijdens de zes weken dat het frame gedragen wordt, maar juist ook in de maanden tot jaren na de operatie.
Complicaties
Bij een kniedistractiebehandeling kunnen er complicaties optreden. Hierbij valt te denken aan:
- Infectie rondom een of meerdere van de pennen
U merkt dat de wondjes rood worden, meer pijn gaan doen of er ontstaat vochtuitvloed. Dit is goed te behandelen met een paar dagen antibiotica. - Trombose
Doordat u het onderbeen en de kuitspier minder goed beweegt, kan er een bloedstolsel in de kuitspier ontstaan. Om dit te voorkomen neemt u bloedverdunnend medicijn in gedurende de distractie. Heel soms kan bij het gebruik van de bloedverdunner toch nog trombose ontstaan. U merkt dit doordat u een zeer pijnlijke en strak gespannen kuitspier krijgt. - Blijvende klachten van de knie na de behandeling
Uit studies blijkt dat ongeveer tachtig procent van de patiënten de eerste vijf jaar na een kniedistractie veel minder klachten hebben en daarom in die periode geen totale knieprothese hebben gekregen. Voor sommige patiënten werkt de behandeling dus minder goed.
Wanneer contact opnemen met de afdeling Orthopedie?
Heeft u last van (één van) onderstaande klachten, neem dan contact met de afdeling Orthopedie op.
- De wondjes van de pennen lekken;
- De huid rond de wondjes wordt rood of doet pijn;
- De knie wordt steeds dikker of doet meer pijn, ook al neem ik voldoende rust;
- Ineens niet meer op het been kunnen staan, terwijl dit eerder wel goed kon;
- Hoge koorts (hoger dan 38.5 graden).