Afstuderen als IC-verpleegkundige in coronatijd
Verpleegkundigen Suzanne Geeraert en Merle Homan begonnen in juli 2018 met de specialistische vervolgopleiding tot IC-verpleegkundige. Merle in MST, en Suzanne in het Deventer Ziekenhuis. Begin april 2020 studeerden ze af en zijn ze sindsdien allebei werkzaam in MST als IC-verpleegkundige. Merle: Suzanne, hoe was het voor jou om te beginnen terwijl de coronacrisis in volle gang was?
“Ik dacht echt: ik ben leerling af! Je neemt zelf besluiten en werkt mee in de 12-uursdiensten waarbij je continu bij patiënten in de kamer stond. Dit vond ik echt interessant en leerzaam, hier heb ik voor gekozen toen ik mijn opleiding als IC-verpleegkundige begon.”
Wat je zegt, Suzanne. Als net afgestudeerde is deze tijd heel erg interessant. Hoe was het voor jou om te beginnen in MST tijdens de crisis?
“In het begin dacht ik: oh jee, dan moet ik beginnen tijdens de coronacrisis. Ik had gedacht dat ik in het diepe gegooid zou worden, maar ik ben super goed opgevangen. Ik heb hier eerder al zes jaar gewerkt als verpleegkundige op verschillende afdelingen, dus het voelde echt als thuiskomen. Je kent het ziekenhuis en de mensen, ze zijn blij dat je er bent. Dat is heel fijn. Het inwerken op de IC gaat nu wel anders dan normaal, maar dat is geen probleem. Ik ben geen type die met haar handen op de rug gaat staan en gaat afwachten, ik wil graag wat doen. Het scheelt dat we hiervoor zijn opgeleid en dat we weten dat het werk op de IC iedere dag anders kan zijn. De IC zorg blijft gelijk. Hoe is het voor jou om te werken op de IC terwijl je net bent afgestudeerd?”
Tijdens de opleiding tot IC-verpleegkundige hebben we ontzettend veel geleerd over patiënten in levensbedreigende situaties. Je hebt geleerd om altijd te denken welke behandeling het beste past bij die patiënt, en wat dan de gevolgen zijn. Ook hebben we veel geleerd over longproblematiek. Er verschilt in coronatijd niet veel met het normale werk op de IC. Tijdens corona is het alleen net iets onverwachter hoe bepaalde dingen gaan verlopen.
“Klopt. Je weet niet wat er gaat gebeuren. Dat is wat er gebeurt op een IC. Daar hebben we echt voor gekozen toen we begonnen aan deze opleiding. Het enige wat je nu ziet is dat patiënten langer dan normaal op de IC liggen.”
Ja. We werken op de IC natuurlijk altijd met ernstig zieke mensen, daarvoor zijn we opgeleid. In de coronacrisis zijn er veel patiënten de hele tijd continue erg ziek. Je denkt er misschien net iets meer over na. Dat komt ook doordat veel mensen vragen of ik het nog volhoud.
“Dat heb ik ook. Veel mensen vragen aan me hoe het met me gaat en ik krijg zelfs bloemen. Mijn vriend vond het moeilijker en spannender dan ik. Hij ziet het alleen op het nieuws. Ik zit er op het werk veel dieper in.”
Je merkt inderdaad dat mensen je erop wijzen dat je midden in de coronacrisis zit. Daar sta ik niet bij stil. Ik heb een beschermd pak aan en voel me beschermd.
“Ik ook.”
Er bestaat een kans dat je het coronavirus zelf oploopt, maar ik ben niet bang. Ik krijg vaak de vraag of ik het mentaal volhoud en of het zwaar werk is. Ik vind dat het voor nu goed vol te houden is ook al werk ik alleen maar 12-uursdiensten. Daar zitten een paar hele drukke diensten tussen.
“Ik zit wat dat betreft bij MST in een wat luxere positie. Doordat ik nog in mijn inwerkperiode zit, werk ik voor nu 8-uursdiensten. In Deventer heb ik wel 12-uursdiensten gedraaid, die waren best pittig.”
Ja, die zijn zeker zwaarder dan de 8-uursdiensten. Op het moment dat je je voet over de drempel zet sta je aan, en 12 uur later ga je pas weer uit. Ook tijdens pauzes moet je de monitoren in de gaten houden. Je bent er de hele tijd met je volle gedachten bij. Als je na een paar diensten twee dagen vrij bent moet je wel echt even opladen. Mentaal houd ik het gelukkig wel vol, ik heb bijvoorbeeld ook nog niet veel patiënten gehad die in mijn dienst zijn overleden.
“De eerste coronapatiënt die ik zag is overleden. Hij was jong, had drie kinderen, was gezond en had geen voorgeschiedenis van een ziekte. Toen kwam het wel even dichtbij. Dat zet je wel even met beide benen op de grond. Gelukkig kan ik werk en privé wel gescheiden houden. Thuis beschrijf ik de dag kort, en kan het dan wel loslaten.”