Epilepsie
Epilepsie is een aandoening die zich uit in aanvallen. Aanvallen ontstaan door een plotselinge, tijdelijke verstoring van de elektrische prikkeloverdracht in de hersenen. Deze (elektrische) ontladingen veroorzaken functiestoornissen, afhankelijk van het hersengedeelte waar deze cellen zich bevinden. De functiestoornissen zijn de epileptische aanvallen. Deze aanvallen uiten zich voor de buitenwereld en soms ook voor de patiënt zelf in waarneembare verschijnselen, die zeer verschillend kunnen zijn. De soort en hoeveelheid aanvallen kunnen van persoon tot persoon verschillen. De één valt en gaat schokken met armen en benen, de ander voelt tintelingen, hoort rare geluiden of staart alleen voor zich uit. De verschijnselen zijn afhankelijk van waar de epileptische haard zich op de hersenschors bevindt.
Aanvallen
Er bestaat niet één soort epileptische aanval. Epilepsie kan in verschillende vormen voorkomen. Welke aanval komt, wordt bepaald door het deel van de hersenen waar de overmatige activiteit plaatsvindt.
De hersenen bestaan uit een massa cellen (neuronen) die op hele ingewikkelde manieren met elkaar verbonden zijn. Er worden telkens elektrische boodschappen doorgegeven, van het ene neuron aan het andere en via zenuwen aan de spieren in het lichaam. Een aanval treedt op wanneer er een plotselinge, onverwachte storm van elektrische activiteit in de hersenen woedt. Niemand weet precies waarom dit gebeurt. De neuronen in een deel van de hersenen hebben gewoon de neiging om af en toe sneller dan normaal ‘te vuren’. Deze abnormale activiteit verspreidt zich naar de omringende neuronen en treft soms zelfs de hele hersenen. Dat betekent dat de overdracht van elektrische boodschappen tussen cellen verstoord raakt, waardoor de spieren stoppen met werken of een tijdje te hard werken. Dit is hetgeen wat je ziet bij de patiënt, doordat deze schokt, vlekken ziet of tintelingen uit.
Verschillende soorten aanvallen
Er zijn meer dan zeventig verschillende soorten aanvallen en bij iedereen zijn ze iets anders. Er zijn wel een aantal algemene aanvallen. Partiële (plaatsgebonden) aanvallen spelen zich in een klein deel van de hersenen af. Gegeneraliseerde aanvallen (niet-plaatsgebonden) treffen de hele hersenen.