Bij cholesterol denken de meeste mensen meteen aan hart- en vaatziekten. Dat komt doordat een verhoogd cholesterolgehalte de kans op hart- en vaatziekten vergroot. Toch kan ons lichaam niet zonder cholesterol. Cholesterol is namelijk een bouwstof voor lichaamscellen en hormonen. Het meeste cholesterol wordt aangemaakt in de lever en een klein deel zit in ons eten In het ideale geval maakt het lichaam precies genoeg cholesterol aan. Maar dat gebeurt niet altijd.
In Nederland heeft 1 op de 8 volwassen mensen een verhoogd cholesterol. Behandeling bij een verhoogd cholesterol bestaat uit adviezen voor leefstijlaanpassingen en indien nodig voorschrijven van medicatie. Niet iedereen die een verhoogd cholesterol heeft loopt evenveel risico. Als u diabetes hebt of een hart- of vaatprobleem, zoals etalagebenen of als u een hartinfarct heeft gehad, dan is het risico groter. Het is dan extra belangrijk om het cholesterol goed onder controle te hebben.
Aderverkalking
Als de hoeveelheid cholesterol in het bloed te hoog is, ontstaat er vernauwing van de slagaders. Dat wordt ook wel aderverkalking genoemd. Door slagaderverkalking neemt het risico op bijvoorbeeld een hartinfarct of een hersenberoerte flink toe. Naast een verhoogd cholesterol zijn ook andere risicofactoren, zoals roken, hoge bloeddruk en diabetes schadelijk voor de vaten.
Goed en slecht cholesterol
Cholesterol is eigenlijk een verzamelnaam van een aantal vormen van cholesterol. De concentraties van de verschillende vormen worden in het bloed gemeten.
- LDL staat bekend als “het slechte cholesterol”. Voor deze waarde geldt: hoe lager hoe beter;
- HDL wordt ook wel “het goede cholesterol” genoemd, omdat het beschermt tegen negatieve effecten van het LDL-cholesterol;
- Triglyceriden: ‘vetten’ die het proces van slagaderverkalking kunnen versnellen en daarom ook laag moeten zijn.
Bij behandeling wordt de waarde van het “slechte” LDL-cholesterol meestal als uitgangspunt voor de behandeling genomen. Als er gekozen wordt om te behandelen wordt er naar gestreefd om deze waarde in ieder geval onder de 2,5 mmol/l te krijgen. Patiënten die al hart- of vaatziekten hebben, maar ook patiënten met diabetes mellitus type 2 zonder hart- en vaatziekten, hebben vaak een hoog risico op nieuwe hart- en vaatziekten. Om hen zo goed mogelijk bescherming te geven, streven we bij deze patiënten naar een LDL-cholesterol onder de 1,8 mmol/l.
Voor het HDL-cholesterol en triglyceriden gelden geen speciale behandelwaarden, maar de waarden kunnen wel aangeven of er een verhoogd risico op hart- en vaatziekten is. Voor HDL-cholesterol is dat het geval als het bij mannen lager is dan 1 mmol/l en bij vrouwen lager dan 1,2 mmol/l. Voor triglyceriden geldt dat een waarde hoger dan 1,7 mmol/l een verhoogd risico op hart- en vaatziekten geeft.
Behandeling
Leefstijl
Leefstijladviezen zijn voor elke patiënt met een verhoogd cholesterol belangrijk. Goede voeding, veel bewegen en niet roken zijn natuurlijk belangrijk. Maar er is veel meer. We komen er steeds meer achter dat stress en ons slaappatroon ook een rol spelen bij onze leefstijl. Hoe zit je in je vel, waarom maak je bepaalde keuzes, welke steun krijg je vanuit je omgeving; al deze zaken spelen een rol bij het krijgen van hart- en vaatziekten, maar ook bij het bereiken van een verbeterde leefstijl. De internisten van het MST vertellen u er graag meer over. Verder kan het verstandig zijn om een afspraak bij een diëtiste of een leefstijlcoach te maken.
- Wilt u alvast zelf aan de slag? Het boek Hart- en vaatziekten? Maak jezelf beter is een uitstekende handleiding.
- Hier leest u over voedingsadviezen bij een verhoogd cholesterol.
Medicatie
Voor patiënten die een hartinfarct of herseninfarct hebben doorgemaakt of vernauwingen aan de bloedvaten hebben (“perifeer vaatlijden”), is zoveel mogelijk bescherming van hun bloedvaten belangrijk. Daarom wordt bij hen altijd geadviseerd om cholesterolverlagende medicijnen te gebruiken. Bij patiënten die geen vaatschade hebben hangt het advies af van het risico op hart- en vaatziekten. Uw internist kan u daar meer over vertellen.
De eerste keuze bij behandeling met medicijnen bestaat uit een statine. Voorbeelden zijn simvastatine, atorvastatine en rosuvastatine. Deze medicijnen zorgen voor een verbeterde afvoer van het cholesterol door de lever. Bij bijwerkingen of onvoldoende effect kan het medicijn ezetimibe aan de behandeling toegevoegd worden. Dit medicijn zorgt ervoor dat er vanuit de darm minder cholesterol in het bloed opgenomen wordt.
Injecties
Sinds de eerste statine werd voorgeschreven eind jaren ’80 zijn er jarenlang geen nieuwe cholesterolverlagende medicijnen bijgekomen. De afgelopen jaren zijn er gelukkig veel positieve ontwikkelingen. Zo bestaat sinds 2016 de mogelijkheid om het cholesterol te verlagen met injecties (de zogenaamde PCSK9-remmers). Vanwege de kosten van deze medicijnen worden er voorwaarden gesteld om voor vergoeding in aanmerking te komen. Deze voorwaarden worden landelijk bepaald.
Op dit moment gelden de volgende voorwaarden:
- Patiënten met erfelijk verhoogd cholesterol (medische term: Familiaire Hypercholesterolemie) en/of doorgemaakte hart- en vaatziekten (bijvoorbeeld harinfarct, herseninfarct of behandeling met stents);
- Het cholesterol is nog te hoog ondanks maximale verdragen dosering statines en ezetimib;
- In geval van bijwerkingen dienen patiënten minimaal drie verschillende statines geprobeerd te hebben; ezetimib moet sowieso doorgebruik worden.
Alleen internist-vasculair geneeskundigen en cardiologen mogen behandeling met deze injecties starten, herhaalrecepten kunnen wel via de huisarts verzorgd worden.
Wetenschappelijk onderzoek
Wereldwijd wordt er veel wetenschappelijk onderzoek gedaan naar behandeling van hypercholesterolemie. Er wordt gewerkt aan de ontwikkeling van verschillende veelbelovende medicijnen. De kans bestaat dat u als patiënt bij MST ook benaderd wordt voor deelname aan wetenschappelijk onderzoek. Uiteraard is meedoen altijd vrijwillig.