Onderzoeken
Voor de diagnose worden bij de meeste patiënten drie onderzoeken gedaan:
- Een gastroscopie (maagonderzoek) wordt gedaan om eventuele vernauwing in de slokdarm met zekerheid uit te sluiten. Ook zullen tijdens dit onderzoek biopten (kleine weefselmonsters) worden afgenomen om ontstekingen uit te sluiten.
- Een slokdarmfoto wordt gemaaktom te zien hoe de slokdarm reageert bij passeren van voedsel. Bij dit onderzoek wordt contrastmiddel gedronken. Wijkunnen goed zien of de slokdarm het contrastmiddel naar beneden knijpt en of de kringspier naar de maag netjes opengaat. Bij achalasie is er geen goede knijpactie van de slokdarm en blijft de kringspier dicht of erg nauw [FIG].
- Een slokdarm motiliteit meting (manometrie). Hierbij worden binnen katheter (slangetje) via de neus in de maag opgevoerd. In deze katheter zitten 32 druksensoren. Door dit met een beetje water te laten slikken kunnen we exact vaststellen hoe de beweeglijkheid en kracht (motiliteit) van de slokdarm ervoor staat [FIG].
Soms wordt er ook nog een CT-scan van borst en bovenbuik gedaan om te kijken of er wellicht andere redenen zijn voor een slechte passage van voedsel.